Museum Nieuwkoop, gelegen aan de Noordenseweg 23A te Nieuwkoop werd op 4 april van het vorig jaar geopend door mevrouw Willy de Zoete, toenmalig gedeputeerde van de provincie Zuid-Holland.
Het museum brengt de collecties bijeen van het Oudheidkundig en Poldermuseum, het Smederijmuseum, een Timmerwerkplaats, de Oude Hollandse Waterlinie en het Schaats- en Mutsenmuseum (voorheen ‘Koud aan de Dijk’).
Onze gastredacteur Bert Post nam een kijkje en sprak met Frits Paymans de huidige voorzitter van Museum Nieuwkoop.

Het museum is een bezoekerscentrum met toeristeninformatie in een museale setting. Het museum is open op woensdag en vrijdag van 10.00 tot 15.00 uur en op zondag van 12.00 tot 16.00 uur
Op verzoek is men ook op andere dagen geopend voor groepen.
Het streven is om volgend jaar vijf dagen per week open te gaan zodat men gebruik kan maken van de museumjaarkaart. Nu bedraagt de toegang nog 6 euro en bij aanbiedingen 3 euro.
Museum Nieuwkoop geeft een geweldige inkijk in wat er de afgelopen jaren en eeuwen in Nieuwkoop is gemaakt,
gepresteerd en te zien was.
We spreken met Frits Paymans, de huidige voorzitter van het Museum Nieuwkoop die ook voorzitter is
van het Smederij Museum waarover later.
Frits verwacht dat het Museum Nieuwkoop binnenkort zodanig goed gaat draaien dat uit de inkomsten de kosten van het onderhoud en verwarming kunnen worden bekostigd.
Hiervoor zijn vijf- tot zesduizend bezoekers per jaar nodig, de kosten van de huur van de hal bedragen
€ 20.000,- per jaar en dan is er nog ca € 10.000,- per jaar nodig voor het op orde houden van de
collectie.

Tot stand komen van het Museum Nieuwkoop
In Nieuwkoop waren in het verleden enige ‘musea’ actief zoals het Schaatsmuseum, het Oudheidkundig museum, het Smederij museum, Timmermuseum en de VVV. Uitgangspunt was deze vijf tot één museum samen te
voegen op het terrein van De Zevensprong in de daar aanwezige grote hal, de loopstal van de voormalige
boerderij van Koole. Dat is gelukt, een en ander werd wel vertraagd door corona waardoor onder
ondere vele werkzaamheden uitgesteld moesten worden. Gelukkig waren genoemde musea bereid om hun
collecties in bruikleen af te staan voor een nieuw gezamenlijk museum.
Met het Erfgoedhuis zijn uitvoerige gesprekken gevoerd over hoe een goed werkend museum opgezet
dient te worden, en over hoe de collecties van de kleine musea beschermd en behouden kunnen blijven.
De hal waar vroeger de koeien in rond liepen diende wel geheel verbouwd te worden, te beginnen met het vlak maken van de vloer en het aanleggen van vloerverwarming. Ook het dak werd geïsoleerd.

Atelier Alkemade maakte het eerste concept voor de totale inrichting van de stal. Wat heel belangrijk was voor het museum omdat men op een goede en een natuurlijk manier het ontstaan van de gemeente Nieuwkoop wilde weergeven. Voor het binnenhalen van de vele subsidies die nodig waren voor het herstel en de inrichting van de hal was het vooral van belang om de recreatieve kant van het museum te benadrukken. Eerder was er een bezoekerscentrum van Natuurmonumenten bij jachthaven Tijsterman maar dit werd gesloten en het
Museum Nieuwkoop nam de recreatieve kant daarvan over.
Inpassend in de huidige maatschappij zijn er diorama voorstellingen te zien in het huidige museum, zoals
die van de smederij en een schaatswaterval met schaatsen vanuit het jaar 1600 tot heden.
Men wil drie keer per jaar een aparte expositie organiseren, momenteel is men al bezig om weer een winterexpositie op te zetten rond het thema schaatsen met huisjes, sneeuw en enkele sleden.

Het geheim van de Nieuwkoopse Smid
Overwogen is om het gebouw van het smederijmuseum te verplaatsen naar het terrein van de Zevensprong. Een actiegroep heeft tegen de Stichting tot behoud van de Smederij van wijlen de heer Verkley geprotesteerd en zo is het gebouw als gemeentelijk monument behouden gebleven op het Zuideinde.
In het Museum Nieuwkoop heeft men een diorama gemaakt waarin te zien is hoe het binnenste van een smederij eruit zag.

Eenieder kan het smederij museum op donderdagmiddag bezoeken: het bestaat uit een authentiek woongedeelte, dat verbonden is met de smederij met twee smidsvuren en er wordt nog steeds gesmeed. Onder leiding van de smid mogen bezoekers ook zelf smeden. In het woongedeelte zijn nog allerlei voorwerpen en smeedwaren uit de negentiende eeuw te zien.
Het museum laat van alles zien over de historie van de Nieuwkoopse smederijen met ook verhalen over de eerste smid, Isebrand Smit in 1334, maar ook over het leven van de laatste smid Leen Verkley en zijn familie.